Skip to main content

We belichten de ontwikkelingen rondom houtbouw

door experts ‘in de houtgreep’ te nemen.

Klimaatverandering vraagt ons in te grijpen op alle niveaus waar echte impact gemaakt kan worden. Vervuilende sectoren, zoals de bouw, moeten vergaand verduurzamen. “In de chaos van zo’n transitie heb je echte leiders nodig, mensen met verbeelding, maar zowel bij de grote bedrijven als in de politiek zijn ze dun gezaaid”, stelt onderzoeksjournalist Jeroen Smit.

Jeroen, laten we beginnen met de vraag of de houtbouw-ontwikkelingen ook jou inmiddels hebben bereikt?

“Ik ben natuurlijk geen expert uit de bouwsector, ik houd mij vooral bezig met leiderschap in tijden van klimaatverandering. Maar ik werd geraakt door de Tegenlicht uitzending over houtbouw (‘Houtbouwers’ – 2019, red). We wonen voorlopig nog heerlijk in de Amsterdamse Watergraafsmeer, maar als we hier ooit zouden vertrekken dan ga ik zeker onderzoeken of houtbouw een optie is.

Een aantal vrienden van ons woont al in houtbouw, in de nieuwe woontoren HAUT in Amsterdam. Een prachtige flat, op een adembenemende plek in de bocht van de Amstel.”

Dat is dan ook meteen een mooi voorbeeld wat er al met hout ontwikkeld kan worden. Weliswaar hybride in dit geval, want de liftkolom is nog van beton en staal.

“Ja, en dat spreekt me ook wel aan hoor. We moeten niet de illusie hebben dat grote transities overnight plaatsvinden, ook al hebben we haast gezien de klimaatdoelen. De weg van donkergrijs naar donkergroen loopt wat mij betreft via lichtgroen. Dat is bij houtbouw niet anders. ”

In hetzelfde jaar van die Tegenlicht uitzending kwam ook jouw boek ‘Het Grote Gevecht’ uit. Hierin leg je bloot hoe lastig het voor een groot bedrijf als Unilever is een duurzame draai te maken. Wat kunnen we daarvan leren?

“Paul Polman was een moedige pionier, een leider met verbeelding. Hij wilde van Unilever een force for good maken. Hij liep vooral op tegen het simpele gegeven dat zijn ambities niet passen bij de rekensommen die onze economie en vooral de financiële markten regeren. Voor zo’n transitie is vooral heel veel ‘geduldig geld’ nodig. Zodat er tijd is om een draai te maken, een tijdje minder geld te verdienen. En dat is er bijna niet. Geld is bijna altijd op jacht naar snel rendement. Geld heeft haast.

Volgens Polman heeft een bedrijf dat stelt op de wereld te zijn om geld te verdienen, geen bestaansrecht. Bedrijven moeten een bijdrage leveren aan een gezonde samenleving, een gezonde wereld. Alleen als ze dat doen hebben ze bestaansrecht, juist ook in de toekomst. Veel analisten en beleggers vinden dat een ingewikkelde boodschap. De toekomst is ver weg.”

Dus moet het vanuit vraagzijde komen, de samenleving?

“Nee, ik ben er ten diepste van overtuigd dat een beter milieu niet begint bij jezelf, als consument. Iets dat in Nederland de afgelopen 15 jaar wel de standaard houding vanuit Den Haag is geweest: laat de markt haar werk doen. Het idee was dat als de mensen duurzame producten willen, de producenten dan duurzame producten gaan maken. Dan zeg ik: dan kan je heel lang wachten.

Wat mij betreft hangt de duurzame draai die we moeten maken af van hoe we de economie voortaan gaan inrichten. De economie zoals we die nu al decennialang kennen, die gericht is op zoveel mogelijk, zo snel mogelijk, zo goedkoop mogelijk, die is niet meer houdbaar. Of het nou gaat om de manier van bouwen, over biodiversiteit of plastic. Om de transitie te maken moet het economische systeem zoals we dat kennen op de schop.”

Door bijvoorbeeld CO2-intensieve producten meer te belasten?

“We moeten vooral op een andere manier gaan produceren, op een andere manier gaan consumeren, en heel belangrijk: op een andere manier gaan verdelen. Als je alleen maar gaat beprijzen, dan wordt bijvoorbeeld vliegen misschien drie keer zo duur, maar je creëert dan ook een enorme ongelijkheid en ontevredenheid in de samenleving.

We hebben dus echt een systeemverandering nodig. En dat vraagt per definitie om moedig leiderschap. Daar gaat het televisieprogramma over, dat ik samen maak met Jaap Tielbeke (schrijver van het boek: Een beter milieu begint niet bij jezelf’) en Investico-journalist Daphne Dupont Nivet.”

En dat zeg je vandaag, op de dag dat Mark Rutte heeft besloten om er mee te stoppen.

“Ja dat is saillant, en ik ben dan ook zo benieuwd wat er in zijn hoofd is gebeurd hè, want een paar dagen eerder was hij nog helemaal klaar voor de vijfde ronde.

Maar bottom line is dat het een van de dingen is die je altijd terugziet bij mensen in de top. Als je zo lang op zo’n plek zit, dan kan je het ook niet meer goed zien. Mijn eerdere boeken over Ahold en over ABN AMRO gaan ook over leiderschap. Over mensen die aanhoudend zeer succesvol zijn en op een gegeven moment in hun eigen waarheid gaan geloven. En wie dat doet, die stopt met luisteren. Dat is per definitie het begin van het einde.

Het is ook niet voor niets dat je in veel democratieën niet voor een derde keer op kan als politiek leider van een land.”

(tekst gaat verder onder de afbeelding: Woontoren HAUT in Amsterdam – © Lingotto)

"Managers zijn slimme schapen. Maar de tragiek van een schaap is dat ie in de kudde blijft.”

Om het verschil tussen leiders en managers te illustreren, heb jij managers ooit ‘slimme schapen’ genoemd. Wat bedoel je daarmee?

“Kijk, voor die nieuwe spelregels, die systeemverandering, hebben we moedig leiderschap nodig, maar het is een misvatting dat managers per definitie goede leiders zijn. Integendeel, het zijn mensen die heel goed zijn in het in stand houden van een systeem, maar die – als het systeem niet deugt – niet de capaciteit, de verbeelding en de moed hebben om tegen hun organisatie te zeggen: “we moeten dingen anders gaan doen”. Want het zijn slimme schapen die zo goed mogelijk binnen de bekende lijntjes proberen te kleuren, zo maken ze carrière.

Maar de tragiek van een schaap is, dat hij in de kudde blijft, eindeloos in de poep van de kudde loopt. Mark Rutte is in mijn ogen ook zo’n slim schaap – ooit opgeleid bij Unilever – is hij jarenlang vooral gefocused geweest op het managen en winnen van verkiezingen. Voor hij daaraan begon had hij hele progressieve groene opvattingen over duurzaamheid en Europa.”

Kan je als slim schaap ontsnappen aan de kudde?

“Het is niet makkelijk. Ze zijn zo verwend door het gemak en comfort dat het ongemakkelijk zal voelen. Je moet je voorstellen: je bent succesvol, je krijgt overal applaus, waarom zal je het jezelf dan lastig gaan maken? Als pionier ga je als eerste een donker pad van de jungle in waar nog nooit iemand is geweest. Je begint te hakken met een kapmes, geen idee waar je uitkomt. Ze maken een begin, het kost ook erg veel energie. De meeste pioniers proeven weinig succes. Zie nu ook het nieuws rondom Van Moof. Grote kans dat de koper van de failliete boedel er wel een langdurig succes van maakt. Het is tegen de stroom in zwemmen, tegen de berg opklimmen. Echte leiders doen dat.

Hoe dan ook, als het over transitie en leiderschap gaat dan heb je visionaire mensen nodig die durven te pionieren. Paul Polman was er zo een binnen Unilever, een leider met een ‘Big Hairy Audacious Goal’. Zo wilde hij af van kwartaalresultaten, en durfde een sustainable plan te formuleren met een termijn van 10 jaar. Terwijl iedereen om hem heen riep: “je bent gek, want je kan in 2010 geen voorspelling doen over 2020”. Waarop hij zei: “Dat klopt, die voorspelling komt ook niet uit, maar daar gaat het niet om. Het gaat om de richting die we met z’n allen op moeten.

En dat soort mensen heb je nodig. Ook bij de grote vervuilende bedrijven in de bouwsector. Echte leiders die minder bezig willen zijn met korte termijnresultaten, aandeelhouders en de angst voor het onbekende, maar juist de draai durven in te zetten van bijvoorbeeld betonbouw naar houtbouw.”

Wat houdt ons tegen?

Sinds dit jaar maak je met een team het NPO-programma ‘Wat houdt ons tegen?’, waarin je op zoek gaat naar beweegredenen van bedrijven en consumenten om de duurzame keuzes nog even niet te hoeven maken. Kunnen we ook een aflevering over de bouwsector verwachten?

Dat kan ik nu niet beloven, maar we gaan nu nog zes afleveringen maken en een van die zes gaat waarschijnlijk over woningbouw en over beton. En dus over wat ons tegenhoudt om minder met beton te bouwen. Maar helemaal zeker is dat nog niet.

Het hangt er ook vanaf of er iemand vanuit de top van een groot betonbouwer bereid is om zich ook een beetje te onderwerpen aan een wat kritischer benadering. En dus antwoord te geven op de vraag: “Wat houdt je tegen om de draai te maken?”

© Beeld: Human.nl

We hadden het eerder over Mark Rutte. Heeft de politiek volgens jou een rol van betekenis in deze transitie?

“Nou en of. Mede door de lessen die ik heb geleerd rondom Polman en Unilever, ben ik er meer en meer van overtuigd dat het uiteindelijk gewoon gaat over regelgeving, nieuwe spelregels.

Ook om voor te zijn waar Polman bij Unilever tegenaan liep. Hij maakte allerlei kosten om duurzaam te zijn, maar de concurrent hoeft dat niet te doen. Dan ontbreekt uiteindelijk het gelijke speelveld. Om dat te voorkomen is het dus belangrijk dat een politiek – en wat mij betreft Europa – dat speelveld optilt. Anders blijft de transitie afhankelijk van managers die netjes binnen de juridische kaders blijven doen wat ze altijd al deden, maar niet de druk voelen om de kudde te verlaten en het roer werkelijk om te gooien.”

Ik ben niet heel erg ingelezen in wat er op dit gebied al gebeurt in de bouw, maar op een gegeven moment moeten er vanuit de landelijke politiek en/of Brussel ambitieuze doelen worden gesteld. Bijvoorbeeld door af te spreken dat in 2035 een bepaald percentage van de bouw circulair is, of op houtbouw is gebaseerd. Door dat met elkaar af te spreken, net als het verbod op brandstofmotoren vanaf 2035, zorg je ervoor dat het geld, het ondernemerschap, die creativiteit de goede duurzame kant op rolt.

Anders gaat de transitie onnodig lang duren. En om die doelen te halen moet er voldoende duidelijke regelgeving komen voor de vervuilende bouw, en stimulerende regelgeving voor duurzamere bouw, zoals houtbouw. Wat trouwens enorm zou helpen is een overheid die het goede voorbeeld geeft.”

Crisis in slow motion

“In tegenstelling tot COVID ervaren we klimaatverandering als een crisis in slow motion. Dat vond ik ook het fascinerende van COVID. Daarbij ging het van pats boem! Jeetje mina, ineens worden we allemaal ziek. Je ervaart het aan den lijve. En dan zie je dat er meteen van alles mogelijk is. Verplichting van mondkapjes, winkels en scholen dicht, avondklok, etcetera.

Dat zal ook gaan gebeuren bij klimaatverandering, zodra die steeds meer gevoeld wordt. Maar ondanks dat het een vele malen grotere crisis dan COVID kan gaan worden, is de voelbare chaos voor de meesten van ons gewoon nu nog niet groot genoeg. Dat is misschien wel de droevige constatering van dit alles.”

Jeroen Smit, onderzoeksjournalist en schrijver.

Meer informatie? Klik op onderstaande bronvermelding(en) of stuur ons een mailtje.

Stuur een mail

© Foto header: Speakers Academy